Interview: Enzo zet door

Hij was pas acht jaar oud, toen Enzo Kuworge als ijshockey-enthousiasteling in de zomer al eens voorzichtig met gewichten in de weer was. ‘Mijn fitnesstrainer zei dat ik gewichtheffen een keertje moest proberen. Nou, dat was een schot in de roos.’ Vreemd genoeg ziet hij veel overeenkomsten tussen ijshockey en gewichtheffen. ‘Het lijkt bij beide sporten alsof je alleen maar kracht nodig hebt. Maar zeker bij gewichtheffen is niets minder waar. Het komt juist aan op je techniek.’

Die techniek leert hij tegenwoordig bij Pierre Verkroost, die initiatiefnemer en eigenaar is van Gewichthef-academie Waalsport. Enzo vertelt: ‘Dat is fantastisch, hij leert me echt alles.’ Enzo gaat dan ook met sprongen vooruit. ‘Ik heb zilver gewonnen op het onderdeel stoten tijdens het EK –onder 15 jaar. Het gewicht was 151 kilogram en dat moet je dan omhoog stoten. Iedereen heeft het wel eens gezien, daarbij mag je eerst het gewicht naar de borst brengen en dan pas omhoog tillen.’

Mede door zijn snelle progressie heeft Enzo zijn doelen voor de komende jaren duidelijk voor ogen. ‘Ik ga in december naar Israel, daar is de EK –onder 20 jaar. Daar wil ik het Europees record stoten verbreken, dat staat nu op 160 kg. En of dat nu wel of niet lukt, in 2018 zijn de Jeugd Olympische Spelen, daar wil ik bij zijn. Als opstap naar de Olympische Spelen van 2020 in Tokio.’

Hij heeft sinds vorig jaar zijn schoolloopbaan aangepast aan zijn topsportbestaan. ‘Ik zat op het Montessori in mijn woonplaats Nijmegen, op de HAVO. Maar ik moet veel trainen en soms op reis en als de school dan niets voor je doet, ben je kansloos. Dus nu zit ik op het SSGN, een LOOT-school. Ik moet zeggen dat ik het niet beter had kunnen treffen. Ik kan naar het buitenland, schooltijden worden aangepast aan de trainingstijden en niet andersom. Het is perfect geregeld.’

De finesses van het gewichtheffen zijn moeilijk uit te leggen. Maar Enzo doet toch een poging: ‘Je moet door kunnen zetten, tegenslagen kunnen overwinnen. En je moet geduld en vertrouwen hebben. Soms lukt het om je p.r. met 5 kilo scherper te stellen, andere keren moet je maanden wachten en lukt eigenlijk helemaal niets. Dat is mentaal erg zwaar.’

Het spel van ‘grenzen verleggen’ is hem uit het hart gegrepen. ‘Gewichtheffen is een “pijnsport”, maar dat vind ik juist leuk. Je moet er alles voor over hebben. Het scheelt dat ik het erg leuk vind om te doen. Dat had ik niet kunnen verwachten toen ik de eerste keer ging fitnessen. Dat fitness zat wel bij ons in de familie, mijn ouders en mijn zus fitnessen ook, maar soms ook tijden niet. Nadat ik die stap naar het gewichtheffen had gezet, ben ik er nooit meer mee opgehouden. Ik weet nu dat het de juiste keuze is.’